Wat is het warmteverlies van uw woning?

Voor all-electric en hybride

Als uw huis héél goed geïsoleerd is en de warmte goed vasthoudt, is de kans groot dat u voor de verwarming voldoende heeft aan een all-electric warmtepomp. Raakt uw woning de warmte wat sneller kwijt, dan ligt een hybride verwarmingssysteem (een combinatie van een cv-ketel en een warmtepomp) meer voor de hand. En dan geldt: hoe groter het warmteverlies, des te krachtiger moet de warmtepomp zijn. Is het vermogen van de warmtepomp onvoldoende, dan moet de cv-ketel te snel en te vaak bijspringen om het huis op temperatuur te houden. De warmtepomp levert dan een (te) geringe besparing op uw gasverbruik op. Zowel bij een all-electric oplossing als bij een hybride systeem geldt dat het vermogen van de warmtepomp moet passen bij uw woning. Om het juiste vermogen vast te stellen, is een warmteverliesberekening nodig. Er zijn verschillende manieren om die berekening te maken.

De warmte in een woning ontsnapt voor een belangrijk deel via het dak, de muren, de ramen en de vloeren. Deze ‘transmissie’ van de warmte kunt u verminderen door te isoleren. De transmissiemethode kijkt naar de isolatiewaarde van de gebruikte materialen en naar het oppervlak van de verschillende delen van het huis. Volgens een bepaalde formule berekent deze methode het warmteverlies per graad verschil tussen de binnen- en buitentemperatuur. Dat klinkt ingewikkeld en dat is het ook. Het toepassen van de transmissiemethode is werk voor gespecialiseerde vakmensen.

De koevlaasmethode

De koevlaasmethode is eigenlijk geen warmteverliesberekening, maar een vuistregel waarmee u een indicatie krijgt van het vermogen dat een hybride warmtepomp in uw woning zou moeten hebben. Deze methode vermenigvuldigt het jaarlijkse gasverbruik (in kubieke meters) met 8 en deelt het resultaat door 1650 (het gemiddelde aantal uren dat een cv-ketel jaarlijks op vol vermogen draait).

(8 × gasverbruik in m³) ÷ 1650 = benodigd warmtepompvermogen in kW.

Het voordeel van deze methode is dat u er direct zelf mee aan de slag kunt. Maar héél nauwkeurig is de koevlaasmethode niet. Met name het gedrag van de bewoners van het huis kan een (te) grote invloed op het resultaat hebben.

De Nefit-Boschmethode

Nefit Bosch is een fabrikant van zowel cv-ketels als warmtepompen. Om het u als bewoner makkelijk te maken, heeft het merk een vereenvoudigde formule bedacht om het warmteverlies in een woning vast te stellen. De Nefit-Boschmethode vermenigvuldigt het aantal vierkante meters woonoppervlak met een isolatiefactor. Voor die isolatiefactor is het bouwjaar van het huis bepalend. Huizen die vóór 2000 gebouwd zijn, hebben volgens deze methode een isolatiefactor van 80. De isolatiefactor van huizen gebouwd tussen 2000 en 2010 hebben een isolatiefactor van 60, tussen 2010 en 2017 een isolatiefactor van 50 en ná 2017 een isolatiefactor van 40.

Een huis uit 1980 (isolatiefactor 80) met een woonoppervlak van 200 m2 heeft volgens deze berekening een warmtepomp nodig met een vermogen van (80 × 200 =) 16.000 W (16 kW).

Ook deze methode is eenvoudig uit te voeren, maar net als de koevlaasmethode niet al te nauwkeurig. Zo kan de mate waarin woningen uit een bepaald tijdvak (na)geïsoleerd zijn, behoorlijk verschillen.

De graaddagenmethode

De term ‘graaddagen’ wil nog wel eens voor verwarring zorgen. Een graaddag is namelijk geen ‘dag’ maar een temperatuurscore die we aan een elke dag van het jaar toekennen. Wanneer de gemiddelde buitentemperatuur lager is dan 18 graden, krijgt die dag een aantal De graaddagen (1 wanneer het 17 graden is, 2 wanneer het 16 graden is enzovoorts). Koude dagen krijgen dus veel graaddagen, dagen waarop het 18 graden of warmer is, krijgen 0 graaddagen. Het totaal aantal graaddagen dat een bepaalde plaats over een heel jaar verzamelt, zegt op zichzelf niets over het warmteverlies van een specifieke woning. Het geeft een indicatie van het te verwachten energieverbruik. Maar om het uiteindelijke energieverbruik nauwkeurig vast te stellen, heeft u náást het aantal graaddagen informatie nodig over het warmteverlies van de woning. De graaddagenmethode past u eenvoudig zelf toe.

Diverse online tools

Naast de methoden die u in dit artikel vindt, zijn er ook online verschillende hulpmiddelen te vinden. Ook daarmee kunt u een min of meer nauwkeurige berekening maken van het warmteverlies dat voor uw woning geldt.

Vooral belangrijk voor een hybride warmtepomp

Een cv-ketel verwarmt het water dat naar de leidingen en radiatoren stroomt tot een temperatuur van 70 tot 80 graden. Een warmtepomp is in de meeste gevallen een lagetemperatuurverwarming. De temperatuur van het water in het afgiftesysteem (leidingen, radiatoren en/of vloerverwarming) is maar 35 tot 55 graden. Juist daarom is het van belang dat het vermogen van de warmtepomp voldoende is om het met die relatief lage watertemperatuur toch lekker warm te krijgen in huis. Een nauwkeurige warmteverliesberekening is voor een warmtepomp dus belangrijker dan voor een cv-ketel.

Zelf doen of overlaten aan de experts?

De meeste methoden om het warmteverlies van een woning te berekenen, zijn behoorlijk gecompliceerd. Die kunt u beter overlaten aan een gespecialiseerd bedrijf. Maar er zijn ook methoden die u wél zelf kunt toepassen. In dit artikel hebben we er enkele voorbeelden van gegeven. Daarmee krijgt u een aardige indicatie van het warmteverlies van uw huis. Bent u eenmaal zover dat u een warmtepomp laat installeren, dan kunt u het advies van de installateur toetsen aan het resultaat van uw eigen berekening.

Vermogen en warmteverlies

Nadat u het warmteverlies van uw woning heeft vastgesteld, vormt het resultaat van uw berekening de basis voor de keuze van een warmtepomp. En met name welk vermogen de warmtepomp moet hebben. In de nieuwsbrief van oktober gaan we dieper in op de manier om zo nauwkeurig mogelijk te bepalen welk vermogen uw nieuwe warmtepomp nodig heeft.

Meer over de warmtepomp