Alles wordt elektrisch
Kent u uw meterkast?
Duurzaam en energiezuinig wonen. Zoals het er nu uitziet, betekent dat in de meeste huizen: van aardgas naar elektriciteit. Dat heeft gevolgen voor het Nederlandse elektriciteitsnet, maar ook voor uw meterkast. Wat gaat u in en om uw huis merken van de elektrificering?
Het stopcontact is geen bodemloze put
We vinden het volkomen normaal dat we overal en altijd over elektriciteit kunnen beschikken. Die vanzelfsprekendheid is prettig, maar brengt ook een nadeel met zich mee. In de loop van de tijd is het idee ontstaan dat het stopcontact een onuitputtelijke bron van stroom is. Niets is minder waar. Alles in en om onze woning wordt elektrisch; denk aan de wasmachine, de wasdroger en de vriezer, maar ook aan een tweede koelkast, een derde televisie en een vierde computer in huis. Door die groeiende vraag naar stroom merken we steeds vaker dat de capaciteit van ons elektriciteitsnet beperkt is. Duurzaam wonen zal in de toekomst óók betekenen dat we bewust en verantwoord met elektriciteit moeten omgaan. Van de elektrificering van ons land gaat u ook thuis het een en ander merken. Waar? In de meterkast!
Is uw meterkast klaar voor de toekomst?
De kans is groot dat uw meterkast (beter gezegd: uw groepenkast) nog niet klaar is voor een duurzame, volledig elektrische toekomst. Dat heeft alles te maken met de elektrificering die ons in Nederland te wachten staat. Omdat we willen overstappen van fossiele brandstoffen (aardgas, aardolie, steenkool) naar duurzame energiebronnen (zon, wind, water), zullen wonen, werken en verkeer de komende jaren in een hoog tempo elektrisch worden. Dat heeft gevolgen voor ons elektriciteitsnet en daar zijn de netbeheerders al druk mee aan de slag. Maar de kans is groot dat ook uw aansluiting op het elektriciteitsnet moet worden aangepakt.
Waar zit het probleem?
Ons elektriciteitsnetwerk is jaren geleden ontworpen en aangelegd voor een gemiddelde gelijktijdige belasting van ongeveer 1 kW per woning. Binnenkort zal dat niet meer genoeg zijn. Op steeds meer daken liggen zonnepanelen, het aantal warmtepompen neemt toe, de populariteit van inductiekookplaten groeit en we zien meer en meer elektrische auto's; het zijn maar een paar voorbeelden die laten zien dat het net steeds zwaarder belast wordt. We lopen in Nederland tegen de grenzen aan van ons elektriciteitsnetwerk. Om dat probleem op te lossen, zullen de komende jaren in het hele land onder meer nieuwe hoogspanningsleidingen en méér verdeelstations nodig zijn. Dat is nog maar het begin, want ook bij u in huis gaat waarschijnlijk het een en ander veranderen.
Kijkt u wel eens in uw meterkast?
In de meeste woningen krijgt de meterkast niet vaak bezoek. Waarschijnlijk komt u er ook niet dagelijks. Toch is het de moeite waard om er eens een kijkje te nemen - en dan niet alléén om de meterstanden te noteren. De meeste woningen in Nederland hebben een groepenkast met één fase. Voor zware warmtepompen, inductiekookplaten en een aantal andere apparaten is krachtstroom nodig en daarop kunt u alleen aangesloten worden met een groepenkast die drie fases heeft. Nieuwsgierig wat voor groepenkast u thuis heeft? Het is vrij eenvoudig om daar achter te komen.
Heeft u een één-fase- of drie-fasenaansluiting?
Of u een één-fase- of drie-fasenaansluiting heeft, is in sommige meterkasten betrekkelijk eenvoudig te zien. Ziet u onder de elektriciteitsmeter geen twee, maar vier draden naar binnen komen (één blauwe en drie van een andere kleur), dan heeft u al een drie-fasenaansluiting. Als uw groepenkast een transparante behuizing heeft en u ziet drie zekeringen (in plaats van één), dan weet u ook dat u een drie-fasenaansluiting heeft. Er zijn meterkasten waar u niet in één oogopslag ziet hoe uw woning op het elektriciteitsnet is aangesloten. In dat geval adviseren wij u om navraag te doen bij uw netbeheerder. Wie de netbeheerder in uw regio is, kunt u zien in de meterkast.
Wat kost een zwaardere aansluiting?
Een drie-fasenaansluiting is duurder dan een aansluiting met één fase. Dat begint met het ombouwen van de groepenkast. De eenmalige kosten kunnen variëren van enkele honderden euro's tot ruim € 1.500,-. Als een standaard drie-fasenaansluiting ook onvoldoende elektriciteit levert, dan heeft u een nog zwaardere aansluiting nodig. U betaalt voor een zwaardere drie-fasenaansluiting een hoger leveringstarief aan uw netbeheerder. In vergelijking met uw huidige één-faseaansluiting gaat u per jaar al gauw € 500,- tot € 1.000,- méér betalen voor een zwaardere aansluiting. (De actuele tarieven vindt u op de website van uw netbeheerder.) De kosten voor de levering van elektriciteit zullen de komende jaren dus in veel woningen stijgen. Daar staat tegenover dat de huidige gasrekening voor een deel of zelfs helemaal wegvalt. Het is nog te vroeg om nu al te voorspellen wat een overstap van gas naar elektriciteit voor uw totale energierekening zal betekenen.
Méér vraag naar elektriciteit, méér vraag naar gas
Terwijl de elektrificatie van Nederland vorm krijgt, zal zeker de komende jaren óók de vraag naar gas toenemen. Dat klinkt gek, maar het is eigenlijk heel logisch. De groeiende vraag naar stroom komt voor het grootste deel terecht bij onze elektriciteitscentrales. En de meeste van die centrales verbranden gas (en in een aantal gevallen zelfs nog steenkool) om elektriciteit op te wekken. Natuurlijk zijn er plannen om alle elektriciteit duurzaam te gaan opwekken, maar dat zal zeker niet binnen enkele jaren mogelijk zijn. Voorlopig zullen we dus nog niet zonder gas kunnen, terwijl de regering er wél naar streeft om de gaswinning in Groningen te beëindigen. Waarschijnlijk zullen we in Nederland onder meer synthetisch gas en waterstof gaan produceren. Daarnaast zal misschien de import van aardgas uit het buitenland toenemen. Tegelijkertijd zullen veel wijken gebruik gaan maken van warmtenetten. Een warmtenet gebruikt de restwarmte van fabrieken en gascentrales om daarmee woningen te verwarmen. Op die manier kunnen we de vraag naar aardgas verlagen.
Nederland scoort matig met duurzame energie
In 2022 is zo’n 14% van de beschikbare energie op duurzame wijze geproduceerd. Dat is genoeg voor 52 van de 365 dagen. Zouden we alleen duurzame energie gebruiken, dan zou onze complete jaarvoorraad al op 21 februari op zijn geweest. Kortom: als het gaat om de productie van duurzame energie is Nederland bepaald geen koploper. Volgens het Europese statistiekbureau Eurostat is het aandeel duurzaam opgewekte energie alleen in Hongarije, België, Luxemburg en Malta nóg slechter dan bij ons.