Is stroom vanzelfsprekend?
In Nederland vinden we het heel gewoon dat er stroom uit het stopcontact komt. Maar dat is lang niet overal zo. In veel landen valt dagelijks wel een keer de stroom uit. Dat is heel onhandig, maar eigenlijk helemaal niet zo verwonderlijk. Het opwekken van de elektriciteit (in centrales of met zonnepanelen of windmolens), het transport ervan (via hoogspanningsleidingen) en de distributie (het aansluiten van woningen op het elektriciteitsnet) is namelijk een complexe operatie. Ons land beschikt over een elektriciteitsnet dat het aanbod van en de vraag naar stroom goed aankan. Als steeds meer van de energie die we gebruiken elektrisch wordt, neemt de druk op het net flink toe. Willen we bijvoorbeeld in de toekomst al onze auto’s elektrisch laten rijden én de verwarming van onze woningen elektrisch regelen, dan moet er heel wat gebeuren.
Voor zo’n opgave staan we natuurlijk niet voor het eerst. De afgelopen vijftig jaar zijn er veel nieuwe apparaten uitgevonden. Daardoor verbruiken we véél meer energie dan onze grootouders. De vraag naar elektriciteit zal de komende jaren alleen maar verder toenemen. De netbeheerders zullen het elektriciteitsnet dus flink moeten verzwaren. Ook in uw meterkast zijn veranderingen nodig. De meeste huizen in Nederland hebben nu nog een één-fase-aansluiting. Een elektrische warmtepomp, een eigen oplaadpunt voor de elektrische auto en een kookplaat op inductie zorgen voor een zwaardere belasting van de elektrische aansluiting. Vaak is er dan in plaats van een één-fase-aansluiting een drie-fasenaansluiting nodig.